Statuten

Oprichten Stichting Scharlakenring

Kenmerk 32143

Heden, 31 oktober 2007, verschenen voor mij, mr. Joannes Nicolaas Gerardus Joseph Kuin, notaris te Haren:
1. de heer Matthijs Duijm,
2. mevrouw Anna Catharina Charlotte Meijer-Giezen,
3. de heer Bert Geert Wolthers,
4. de heer Hendrik ’t Hart.
De comparanten verklaarden bij deze akte een stichting op te richten en daarvoor de volgende statuten vast te stellen:
Naam en Zetel
Artikel 1
1. De stichting is genaamd: Stichting Scharlakenring.
2. Zij is gevestigd in de gemeente Haren (Groningen).
Doel
Artikel 2
De stichting heeft ten doel de bevordering van de landschappelijke, milieu- en natuurwaarden en in het bijzonder het behoud en eventueel herstel en optimaal ecologisch beheer van het in de gemeente Haren gelegen gebied Scharlakenhof en omgeving, zoals omschreven in artikel 3.
Artikel 3
1. Het onder artikel 2 bedoelde gebied Scharlakenhof en omgeving is het gebied dat door de volgende in de gemeente Haren gelegen wegen of gedeelten van wegen wordt omsloten:
Dr. Ebelsweg (Scharlakenlaan), Spoorweg, Geertsemaweg, Westerveen, Viaductweg, Rijksstraatweg.
2. Dit gebied, bestaande uit bos, houtwallen en weilanden vormt (uiteraard met uitzondering van de particuliere, als stadstuin ingerichte, tuinen) een landschappelijk, ecologisch en cultuurhistorisch geheel, dat als zodanig dient te worden behouden en beheerd.
3. De stichting streeft ernaar dat het Scharlakengebied zo spoedig mogelijk geheel of gedeeltelijk wordt beheerd door een van de grote natuurbeherende organisaties (Natuurmonumenten, Stichting Het Groninger Landschap of Staatsbosbeheer).
Artikel 4.
Onder het in artikel 2 omschreven doel wordt verstaan:
a. het beheer, ofwel advies inzake het beheer;
b. de verwerving van onderdelen van het bedoelde gebied;
c. het bevorderen van samenhangend beheer van de onderdelen;
d. het bevorderen van kennis van het gebied en van begrip inzake beheermaatregelen.
Artikel 5
De Stichting tracht mede haar doel te bereiken door alle geoorloofde middelen, onder meer door voorlichting aan autoriteiten en publiek én door directe en indirecte beïnvloeding van de besluitvorming van de overheid, onder meer in relatie tot de begrenzing van de Ecologische Hoofdstructuur en de bevordering van ecologische verbindingen over de Hondsrug heen tussen het Drentsche Aa-dal in het westen en de Hunzelaagte in het oosten.
De stichting kan opkomen tegen die activiteiten die, al dan niet in potentie, afbreuk (kunnen) doen aan de waarden van natuur, milieu en landschap in het in artikel 3 omschreven gebied.
Bestuur
Artikel 6
1. Het bestuur van de stichting bestaat uit een door haarzelf te bepalen aantal van tenminste 3 personen. Binnen het bestuur mogen geen nauwe familierelaties bestaan.
2. Het bestuur stelt een rooster op van benoeming en aftreden van leden van het bestuur. Het bestuur voorziet zelf zo spoedig mogelijk in vacatures in zijn midden. De zittingstermijn van een bestuurslid is maximaal 5 jaar. Een bestuurslid is terstond éénmaal herbenoembaar.
3. Het lidmaatschap van het bestuur eindigt door periodiek aftreden, bedanken, overlijden, ondercuratelestelling, door ontslag door de rechtbank alsmede door ontslag door het bestuur.
Een besluit tot ontslag door het bestuur kan slechts worden genomen met algemene stemmen in een vergadering waarin alle bestuursleden, met uitzondering van degene wiens/wier ontslag het betreft, aanwezig dienen te zijn. Het bestuurslid wiens/wier ontslag het betreft brengt over het desbetreffende voorstel geen stem uit, maar heeft het recht zich in de vergadering te verdedigen.
4. Het bestuur kiest uit zijn midden tenminste een voorzitter, een secretaris en een penningmeester.
5. Indien het bestuur niet voltallig is vormt (vormen) de in functie zijnde(n) niettemin een wettig bestuur, met dien verstande dat zo spoedig mogelijk in de vacature(s) moet worden voorzien tot het in lid 1 genoemd minimum.
6. De leden van het bestuur van de stichting mogen niet zijn bestuurder, toezichthouder of werknemer van een entiteit waarmee de stichting op structurele wijze op geld waardeerbare rechtshandelingen verricht.
Artikel 7
1. Het bestuur vergadert zo dikwijls de voorzitter of twee of meer bestuursleden dit wenselijk achten, met dien verstande dat voor één mei de jaarvergadering moet worden gehouden, waarin onder meer de jaarrekening betreffende het afgelopen boekjaar en het jaarverslag betreffende dat jaar aan de orde komen, alsmede de vervulling van vacatures die zijn ontstaan op grond van het rooster van aftreden. Voor één december moet de vergadering over de begroting voor het komende jaar worden gehouden.
2. De oproeping tot de bestuursvergadering geschiedt schriftelijk. De termijn van oproeping bedraagt tenminste vijf dagen, die van oproeping en die van vergadering niet meegerekend. Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld. Van formaliteiten van oproeping kan worden afgezien indien het gehele bestuur daarmee instemt.
3. De vergaderingen worden geleid door de voorzitter of bij diens ontstentenis of afwezigheid door zijn plaatsvervanger, met dien verstande dat ingeval van ook diens ontstentenis of afwezigheid de vergadering zelf in haar leiding voorziet.
4. Elk lid van het bestuur heeft één stem.
Artikel 8
1. Alle besluiten worden, voorzover in deze statuten niet anders bepaald, genomen met volstrekte meerderheid der uitgebrachte stemmen.
2. Over zaken wordt mondeling gestemd, over personen schriftelijk. Of een stemming personen of zaken betreft wordt uitgemaakt door de voorzitter der vergadering.
3. Bij staking van stemmen over zaken wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.
4. Indien bij staking der stemmen over personen bij eerste stemming niemand de volstrekte meerderheid heeft behaald, heeft herstemming plaats tussen die twee personen die de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Hij die alsdan de meeste stemmen op zich verenigt is gekozen. Indien bij deze herstemming de stemmen staken, beslist het lot.
5. Blanco stemmen en ongeldige stemmen, ter beoordeling van de voorzitter van de desbetreffende vergadering, worden geacht niet te zijn uitgebracht.
6. Besluitvorming door het bestuur kan ook op andere wijze geschieden dan door het houden van een vergadering, met dien verstande dat geen besluit zal worden geacht te zijn genomen indien niet alle leden van het bestuur zich schriftelijk, waaronder per telefax of e-mail begrepen, voor het voorstel hebben uitgesproken. Zodanige besluiten worden aan de notulen toegevoegd.
7. Een besluit tot benoeming kan ook bij acclamatie worden genomen.
Bestuursbevoegdheid
Artikel 9.
1. Het bestuur is belast met het besturen van de stichting.
2. Het bestuur is bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen, mits het besluit wordt genomen met algemene stemmen van alle in functie zijnde bestuursleden.
3. Het bestuur is niet bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten, waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidsstelling voor een schuld van een ander verbindt.
4. Erfstellingen mogen slechts onder het voorrecht van boedelbeschrijving worden aanvaard.
Vertegenwoordiging
Artikel 10.
1. Het bestuur vertegenwoordigt de stichting.
2. De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt mede toe aan twee gezamenlijk handelende bestuursleden.
3. Het bestuur kan volmacht verlenen aan één of meer bestuursleden, als ook aan derden, om de stichting binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen.
Financiële middelen, boekjaar en beheer van de middelen
Artikel 11
De middelen der stichting bestaan uit:
a. opbrengsten uit activiteiten van de stichting;
b. schenkingen, erfstellingen en legaten;
c. donaties;
d. subsidies;
e. alle andere wettige middelen.
Artikel 12
Van de vermogenstoestand der stichting en al hetgeen verder haar financiën betreft wordt boekgehouden op zodanige wijze, dat daaruit te allen tijde de rechten en verplichtingen van de stichting kunnen worden gekend.
Artikel 13
1. Het boekjaar der stichting loopt van één januari tot en met één en dertig december.
2.a. De penningmeester maakt jaarlijks voor één april een balans en een staat van baten en lasten over het afgelopen boekjaar van de stichting op. Het bestuur kan besluiten dat de boeken van de stichting moeten worden gecontroleerd door een door het bestuur aan te wijzen accountant.
2.b. De secretaris maakt voor één april een jaarverslag. Hij/zij houdt een archief bij van de correspondentie van de stichting met derden en een actuele lijst van donateurs. Alle relevante bescheiden van de stichting worden door de secretaris beheerd met uitzondering van de financiële administratie van de stichting die onder de verantwoordelijkheid van de penningmeester valt.
3. In de in artikel 4 lid 1 eerste zin bedoelde jaarvergadering stelt het bestuur de jaarrekening vast. Goedkeuring van het jaarverslag door het bestuur strekt tot décharge van de penningmeester voor het door hem in het betreffende jaar gedaan beleid, voor zover van dat beleid blijkt uit de jaarrekening of dat beleid blijkt uit de stukken.
4. Het bestuur is verplicht de in dit artikel bedoelde relevante bescheiden gedurende minimaal zeven jaar te bewaren.
Reglementen en werkgroepen
Artikel 14
1. Het bestuur kan een huishoudelijk reglement en andere reglementen vaststellen, waaronder een reglement voor een Raad van Advies. Reglementen mogen niet in strijd zijn met de statuten.
2. Donateurs die woonachtig zijn in het artikel drie omschreven gebied zijn lid van de Raad van Advies, zo zij dat willen en indien zij de doelstelling van de stichting onderschrijven.
3. Het bestuur raadpleegt zoveel mogelijk de Raad van Advies alvorens belangrijke beslissingen te nemen.
4. Voor de uitvoering van specifieke taken kan het bestuur adviseurs aanstellen of werkgroepen instellen, voor werkzaamheden die onder zijn verantwoordelijkheid vallen.
Statutenwijziging
Artikel 15
1. Het bestuur is bevoegd deze statuten te wijzigen. Het besluit daartoe moet worden genomen met algemene stemmen in een vergadering, waarin alle bestuursleden aanwezig zijn, zonder dat in het bestuur enige vacature bestaat.
2. Indien niet alle bestuursleden ter vergadering aanwezig zijn wordt een tweede vergadering gehouden binnen dertig dagen maar niet eerder dan zeven dagen na de eerste vergadering; in deze tweede vergadering kan met algemene stemmen, ongeacht het aantal aanwezigen tot statutenwijziging worden besloten.
3. De wijziging moet op straffe van nietigheid bij notariële akte tot stand komen. Ieder bestuurslid afzonderlijk is bevoegd de desbetreffende akte te verlijden.
Ontbinding en vereffening
Artikel 16
1. Het bestuur is bevoegd de stichting te ontbinden. Op het daartoe te nemen besluit is het bepaalde in artikel 15 lid 1 en 2 van toepassing.
2. De stichting blijft na haar ontbinding voortbestaan voorzover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is.
3. Bij de ontbinding van de stichting geschiedt de vereffening door het bestuur.
4. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van deze statuten zoveel mogelijk van kracht.
5. Een eventueel batig saldo moet worden aangewend voor een doel dat zoveel mogelijk overeenkomt met het doel van de stichting.
6. Na afloop van de vereffening blijven de boeken en bescheiden van de ontbonden stichting gedurende zeven jaren berusten onder de door de vereffenaars aan te wijzen persoon.
Slotbepaling
1. In alle gevallen waarin zowel de wet als deze statuten of een reglement niet voorzien, beslist het bestuur.
2. De eerste bestuursleden worden bij deze akte van oprichting benoemd.
Tenslotte verklaarden de comparanten:
1. Tot bestuursleden van de stichting zijn benoemd:
a. de heer Matthijs Duijm, voornoemd, als voorzitter;
b. mw. Anna Catharina Charlotte Meijer-Giezen, voornoemd, als secretaris;
c. de heer Bert Geert Wolthers, voornoemd, als penningmeester;
d. de heer Hendrik ’t Hart, voornoemd, als lid.
2. Het eerste boekjaar van de stichting eindigt op eenendertig december tweeduizend zeven.
WAARVAN AKTE is verleden te Haren op de datum die in het hoofd van deze akte vermeld.
De verschenen personen zijn mij, notaris, bekend.
De zakelijke inhoud van de akte is aan hen opgegeven en toegelicht. De verschenen personen hebben verklaard op volledige voorlezing van de akte geen prijs te stellen, akkoord te gaan met beperkte voorlezing, tijdig voor het verlijden van de inhoud van de akte te hebben kennis genomen en te zijn gewezen op de gevolgen die voor partijen uit de akte voortvloeien.
Deze akte is beperkt voorgelezen en onmiddellijk daarna ondertekend, eerst door de verschenen personen en vervolgens door mij, notaris.